Giethmen – een eeuwen oude buurtschap –

Het ontstaan van de ”Marken”.

Na de grote volksverhuizing omstreeks het jaar 500  kwamen hier in deze streek de Saksen als vaste bewoners, vaak dicht bij een rivier zoals de Vecht en de Regge. Het scheepsvervoer was toen heel belangrijk.
Op de hooggelegen gronden nabij de Reggestromen kwamen hier de eerste bewoners die daar gebleven zijn. Geleidelijk ontstond ook hier een soort  buurtschap met de naam “Gietman of Gietum”. Omstreeks de 12e of 13e eeuw vormden zich de eerste Marken met een eigen markebestuur die eigen wetten en voorschriften opstelden voor de boeren, die werden vastgelegd in het  Markeboek. Hierin staan ook de ‘notulen’ van de  jaarlijkse markevergaderingen en de  besluiten van de maandelijkse zogenoemde “Holtspraken of Brincksitten” op de Brinck (een centrale plaats in de Marke). Bij overtreding van wetten en het niet nakomen van voorschriften en besluiten werden boetes opgelegd in geld of natura.

Onze kennis over Giethmens verleden begint met het bewaard gebleven markeboek in het jaar 1551 met het opschrift ”Statuten ende Resolutién over die Buyrschap Gietman in het Carspel Ommen.”
De oudste eigen geërfde, of ‘ghewaerde’ boerderijen worden dan genoemd, de erven Wermerink (later Warmelink), Bosch, Misvoorde, Wolfscamp, Mollink, Laarmans, Vliermans, Groothoff, Luttickhof, Brinkman, Deckkers, Timmerman, Poortman, Foeckert , Paalmans. Van 1840-1850 zijn de meeste ‘Marken’ opgeheven en de gezamenlijke gronden  deels verkocht aan de boeren of grootgrondbezitters.

School

In bijna iedere marke stond een kleine markeschool. In Giethmen stond deze dicht bij de erve Brinkman en de markebrink (nu Holtkampweg 3 en 4). Was een boer niet dom dan volgde al gauw een aanstelling als schoolmeester om de kinderen in de wintermaanden het lezen, schrijven en rekenen te leren. Na het overlijden van meester A. Hekhuis in 1789, benoemde het markebestuur als opvolger de boerenzoon Gerrit Jan Warmelink. Deze familie weet het onderwijzen drie generaties lang vast te houden. Daarom ook dat de familie Warmelink de bijnaam kreeg “de Meister”, vertaald als ‘de Meester”.  De boerderij aan Dalmsholterweg 7 met de naam “Meisters Henduk” verwijst nog naar deze oude geschiedenis. Inmiddels bestaat de markeschool niet meer en is in zestiger jaren verplaatst naar het nabijgelegen buurtschap Nieuwebrug.


Het Giethemer kerkbrugje

Deze smalle brug over de Regge is gelegd omstreeks 1905. Daarvoor lag er een schuit, een soort zelfbedienend voetveer. De eigenaar van het landgoed Vilsteren, dhr. Pathuis Cremers, heeft de aanlegkosten betaald in ruil voor het jachtrecht in Giethmen voor de duur van 12 jaar.
In 1987 is de versleten brug helemaal gerestaureerd. In 2021 heeft weer een restauratie plaatsgevonden.

In de vijftiger jaren van de vorige eeuw zijn de zandwegen in de buurtschap verhard, eerst klinkers en later asfalt. Een hele verbetering na de vaak modderige wegen.